Mond-, kaak- en aangezichtsheelkunde 'Genk-Bree-Maaseik'
Home / Behandelingen / Mondheelkunde

Mondheelkunde (wijsheidstanden /ingesloten hoektand/ wortelpuntbehandeling)

De tandarts of orthodontist verwijst u bijvoorbeeld voor
  • het verwijderen van een wijsheidstand of een moeilijke tandextractie
  • een wortelpuntbehandeling (apexresectie)
  • Het vrijleggen van een ingesloten (hoek)tand
Bij het maken van een afspraak is het belangrijk dat u de verwijsbrief bij de hand hebt. Zo kan de telefoniste de aard en de duur van de behandeling goed inschatten. Indien mogelijk wordt de behandeling onmiddellijk uitgevoerd, of wordt een afspraak voor behandeling onder narcose geregeld.

VOOR DE BEHANDELING:

  • De ingreep duurt over het algemeen minder dan een half uur.
  • De verdoving die geplaatst wordt is vergelijkbaar met deze bij de tandarts.
  • U hoeft niet nuchter te zijn voor een ingreep onder lokale verdoving.

NA DE BEHANDELING:

FAQ

  • Wijsheidstanden laten trekken of niet? We trokken met een aantal veelgestelde vragen naar prof. dr. Constantinus Politis, diensthoofd mond-, kaak- en aangezichtschirurgie in campus Sint-Rafaël. Eén ding staat vast: het trekken van wijsheidstanden is veiliger en minder pijnlijk dan twintig jaar geleden.

    Worden wijsheidstanden tegenwoordig vaker dan vroeger getrokken?

    Ja. Het trekken van wijsheidstanden is een van de vaakst voorkomende ingrepen bij jongeren. Op de eerste plaats omdat het gebit van jongeren alsmaar beter wordt. Mooie en gezonden tanden zijn belangrijk in onze maatschappij. In tegenstelling tot vroeger ontbreken er zelden tanden in het gebit van jonge mensen. Maar daardoor heeft de wijsheidstand, die altijd als laatste tand doorbreekt, vaak geen plaats meer.

    Een tweede reden is dat in de evolutie van de mensheid het kaakbeen kleiner wordt. Honderdduizend jaar geleden waren onze kaken groter en was er plaats voor alle tanden. Omdat ons voedingspatroon verandert en we niet meer alle tanden nodig hebben om te kauwen, zullen ook bepaalde tanden kleiner worden en op termijn verdwijnen. Maar op dit moment zitten we in een tussenfase: de kaak wordt kleiner, maar de tanden niet. Onze wijsheidstanden vandaag zijn even groot als duizenden jaren geleden.

    Waarom zorgt een wijsheidstand voor problemen?

    Een wijsheidstand breekt vaak maar gedeeltelijk door omdat er niet genoeg plaats is. Maar zo’n klein stukje tand is moeilijk om te poetsen. Je ziet vaak achter de tand een zakje zitten waar je niet bij kunt en waar etensresten zich verzamelen. Dat leidt tot infecties of een vieze smaak.

    Waarom hebben sommige mensen geen last van wijsheidstanden en anderen wel?

    Bij lang niet iedereen komen wijsheidstanden tot ontwikkeling. Ook de voorkiezen breken trouwens niet bij iedereen door. Een wijsheidstand kan ook doorbreken en toch geen problemen geven, bijvoorbeeld als je hem goed kunt reinigen en er genoeg plaats in je mond is.

    Op welke leeftijd laat men meestal wijsheidstanden trekken?

    Bij jongeren met een goed gebit zullen de wijsheidstanden vaak min of meer preventief getrokken worden, vooraleer ze andere tanden beschadigd hebben. Oudere mensen komen pas als er klachten en infecties zijn, of als een wijsheidstanden problemen geeft voor de andere tanden.

    Is het nuttig om wijsheidstanden preventief te laten trekken?

    Dat moet van geval tot geval bekeken worden. Heel wat jongeren gaan tegenwoordig naar een orthodontist voor de zogenaamde ‘blokjes’ op hun tanden. De orthodontist ziet dan vaak al dat een wijsheidstand in de toekomst problemen kan geven. Een bijkomende reden om de ingreep op jonge leeftijd te doen, is dat een wijsheidstand in ontwikkeling nog geen gevormde wortel heeft. Daardoor kun je hem volstrekt veilig verwijderen. Maar als de wijsheidstand al een gevormde wortel heeft die dicht bij de onderste kaakzenuw ligt, bestaat het gevaar om bij het trekken die zenuw te raken.

    Bij volwassenen zie je dan ook vaker zenuwschade na de ingreep dan bij jongeren. Voor jonge mensen is het een makkelijke ingreep. Het bot is zachter, dus de tand is makkelijker te trekken. Ze moeten geen verlof op het werk nemen omdat ze nog naar school gaan en ze recupereren sneller omdat ze jong zijn. Dus er zijn een aantal argumenten om die wijsheidstanden op jonge leeftijd preventief te trekken.

    Hoe ziet een specialist dat een wijsheidstand in de kiem schade zal berokkenen?

    Tegenwoordig is er een trend om wijsheidstanden te verwijderen als ze nog ‘in de kiem’ zitten. Anderen vinden dat je daarmee een aantal overbodige ingrepen doet. Het blijft voor alle specialisten een dilemma: hoe weet je of een wijsheidstand perfect in de mond zal komen en makkelijk te reinigen zal zijn? Dat is moeilijk te voorspellen. Als de tand uiteindelijk niet doorbreekt of makkelijk te reinigen is, was het niet nodig geweest hem te trekken. Maar er zijn nog wel meer zaken die preventief gebeuren: niet iedereen die een hoge bloeddruk heeft zal daar uiteindelijk last van krijgen, toch doen we er iets aan. Omdat het veel moeilijker is om de kwaal weg te krijgen eenmaal ze er is.

    Vaak is het advies: wacht rustig af tot je een probleem ziet, bijvoorbeeld als de wijsheidstand begint te groeien in de richting van de onderkaakzenuw of als de patiënt pijn krijgt. Toch nog een bedenking: hoewel het trekken van wijsheidstanden een vervelende ingreep is, is er ook niets aan verloren om die tanden te missen. We hebben tegenwoordig voldoende goede tanden en kunnen de wijsheidstanden zonder probleem missen.

    Laat je best wijsheidstanden trekken om scheve tanden te voorkomen?

    Nee, het heeft geen zin om je wijsheidstanden te laten verwijderen omdat de voorste tanden door wijsheidstanden schever zouden gaan groeien. Zelfs als je de wijsheidstanden trekt, kun je niet voorkomen dat de voorste tanden terug over elkaar zullen staan. Het is wel zo dat als je een kleine mond hebt met relatief grote tanden, je de wijsheidstanden, als ze doorbreken, nooit op een grondige manier zult kunnen reinigen. Dat kunnen we als arts of orthodontist wèl voorspellen.

    Is het trekken van een wijsheidstand makkelijker dan pakweg twintig jaar geleden?

    Absoluut, de technologische vooruitgang is enorm. Op de eerste plaats is het nieuwe boormateriaal veel comfortabeler, zijn er betere operatielampen en kwamen er instrumenten specifiek om wijsheidstanden te trekken op de markt. De pijnmedicatie voor en na de ingreep is erop vooruitgegaan en er zijn goede ontstekingswerende middelen, waardoor de kans op infectie achteraf kleiner is. We hebben uitstekende plaatselijke verdoving en kunnen ook mensen onder sedatie brengen: daarbij krijg je een intraveneuze verdoving langs de bloedbanen, waardoor je rustig en zonder angst of pijn wordt. Maar je kunt wel nog spreken en bent bij bewustzijn.

    Kwamen er de laatste tien jaar nog nieuwe inzichten over wijsheidstanden?

    We weten nu veel beter dan vroeger welke wijsheidstanden een risico zijn voor zenuwbeschadiging bij het trekken en welke niet. Dat risicoprofiel kunnen we beter inschatten omdat de röntgenfoto’s verbeterd zijn. Dankzij de conebeam-CT-scan kunnen we nu de lokalisatie van de zenuw haarfijn bepalen. Er is ook een beter inzicht ontstaan in het ontstaan van verwikkelingen bij het verwijderen van wijsheidstanden. Studies bij tienduizenden patiënten tonen aan dat beschadiging van de onderkaakzenuw bijna uitsluitend voorkomt als de wortels van de wijsheidstanden in nauw contact staan met het zenuwkanaal van de onderkaak. Blijvende schade aan de zenuw is de meest gevreesde complicatie bij het trekken van een wijsheidstand, maar komt niet meer zo vaak voor.
  • Tijdens het vrijleggen van een hoektand in de bovenkaak wordt vaak een gaatje gemaakt in het tandvlees boven de ingesloten tand. Dit gaatje wordt tijdelijk afgesloten door een verband wat hierin wordt aangebracht. Dit verband kan u vergelijken met een harde kauwgum en komt spontaan los een aantal dagen na de ingreep. Wanneer dit is gebeurd, adviseren wij om de opening in het tandvlees dagelijks te reinigen met een kleine tandenborstel, zodat het wondje open blijft en de hoektand kan doorbreken in de mond.
    Er bestaan zeer kleine tandenborstels (solo-tandenborstel) die u kan verkrijgen bij de apotheek waarmee dit makkelijk kan worden gereinigd.
  • Er bestaan verschillende types bloedverdunner. Sommige (krachtige) bloedverdunners moeten voor een chirurgische ingreep worden gestopt, andere niet. Dit is ook zo voor ingrepen onder lokale verdoving. Of u moet stoppen met de bloedverdunner en hoe lang op voorhand u deze dient te stoppen wordt geval per geval bekeken. U kan niet altijd zomaar stoppen met de bloedverdunner. Het is daarom van belang om dit altijd te vermelden wanneer u telefonisch een afspraak maakt. De arts zal vervolgens samen met u nakijken of u de bloedverdunner moet stoppen voorafgaand aan de geplande ingreep.
  • Bij klassiek koeling met ijs is het beter om niet continu te koelen. Te lang ijs op de wangen kan kramp van de kauwspieren veroorzaken waardoor deze pijnlijk worden en je de mond minder makkelijk kan openen. Koel daarom met rustpauzes tussenin. Een viertal koelende sessies van 20 mininuten de dag van de ingreep is voldoende.
    Koelen om de zwelling tegen te gaan is enkel nuttig tijdens de eerste 24 tot 48 uur na de ingreep. Daarna heeft koelen geen zin meer.
  • Neem pijnstillers alvorens de verdoving is uitgewerkt (binnen de 2 u na de ingreep)
    Neem de pijnstillers zoals voorgeschreven. Het type pijnstiller die u krijgt voorgeschreven is meestal een ontstekingsremmer (type ibuprofen). Gemiddeld dient u deze ontstekingsremmer 3 tot 5 dagen in te nemen. Bouw de pijnstiller tijdig af om maaglast te voorkomen.
  • Dit betekent dat u 6 uur voor de ingreep geen vast voedsel meer tot u mag nemen. Een slokje water om eventuele medicatie in te nemen kan wel tot 2 u voor de ingreep (enkel water !). Indien u deze richtlijnen niet strikt naleeft zal de ingreep worden uitgesteld, omdat de narcose dan niet veilig kan worden uitgevoerd.
  • Enkele uren na de tandextractie kan de wonde nog bloeden en zelfs `s anderendaags nog nabloeden.

    Adviezen om eventueel een bloeding te stelpen:
    • Een prop steriel gaas op de wonde leggen en er gedurende 20 tot 30 minuten stevig op dichtbijten. De prop indien nodig vervangen. Een propere zakdoek waarin u een knoop legt kan hier ook dienst voor doen
    • Het speeksel mag u inslikken of uitspuwen, maar u mag geen zuigbewegingen op de wonde uitoefenen.
    • En zekere doorsijpeling met veel speeksel en weinig bloed is normaal
    • Houdt de hevige bloeding niet op, neem dan onmiddellijk contact op met ons.
    • Hebt u reeds vroeger abnormale bloedingen gehad, vertel dit dan voor de start van de ingreep aan de behandelende arts.
  • U mag (en moet) de tanden poetsen na een ingreep. Dit om infecties te voorkomen. De beperkte mondopening en aanwezige zwelling maken het de eerste dagen moeilijk om de tanden goed te poetsen. Wij raden het gebruik van een kindertandenborstel aan omdat deze klein en zacht zijn. Vaak wordt de mondhygiene nog ondersteund met een mondspoelmiddel wat u voorgeschreven krijgt.
  • U wordt verwezen naar het ZOL Genk voor een wortelkanaalbehandeling. Deze behandeling wordt gedaan door een tandarts die zich heeft toegelegd op deze behandeling.

    Bij een endodontische behandeling worden de wortelkanalen eerst ontzenuwd (de zenuw wordt uit de tand gehaald) en nadien zal de tandarts die kanalen terug opvullen.

    Waarom een wortelkanaalbehandeling?

    Een ontzenuwing van de tand is nodig wanneer de zenuw ontstoken is. Meest voorkomende klachten bij een ontstoken tandzenuw zijn gevoeligheid bij koude en warmte en pijn bij het eten. Als het zenuwweefsel in het wortelkanaal ernstig ontstoken is, herstelt dit niet meer vanzelf. Het zenuwweefsel moet dan uit de tand verwijderd worden. Waneer dit niet wordt gedaan, kan een nog grotere ontsteking ontstaan in het kaakbot Een oude kanaalvulling die niet goed afsluit, kan bacterien naar de wortelpunt doen lekken waardoor een ontsteking in het bot kan ontstaan. Zo`n ontsteking is nadelig voor je algemene gezondheidstoestand. De tandarts zal dan een nieuwe wortelkanaalbehandeling uitvoeren.

    De wortelkanaalbehandeling

    Eerst worden er een of meerder rontgenfoto`s van de ontstoken tand gemaakt. Daarop kan de tandarts de lengte en de vorm van de wortel zien en hoe ernstig de ontsteking is. De tandarts bespreekt met u wat hij op de foto heeft gezien en hoe de behandeling zal verlopen. De wortelkanaalbehandeling kan onder plaatselijke verdoving gebeuren. Als de pulpa helemaal dood is, is een verdoving vaak niet nodig. Rondom uw tand komt een rubberen lapje, zodat tijdens de behandeling uw speeksel niet bij de tand kan komen. Hierna wordt uw tand opengemaakt. Met behulp van een loupebril en speciale instrumentjes maakt de tandarts het kanaal open. Soms worden dan weer rontgenfoto`s gemaakt voor extra controle van de lengte of afwijkendeanatomie. Vervolgens wordt het wortelkanaal tot de juiste lengte schoongemaakt en gespoeld met een desinfecterende vloeistof. Wanneer de bacterien zo goed mogelijk zijn verwijderd, wordt de ruimte in de wortel dichtgemaakt met een definitief vulmateriaal. Het wortelkanaal moet helemaal afgesloten worden, zodat er geen bacterien meer in kunnen komen. Soms is een wortelkanaalbehandeling zo ingewikkeld, dat het kanaal niet meteen definitief kan worden afgesloten. In dat geval krijgt u een tijdelijke vulling. U komt dan nog een keer terug voor een vervolgbehandeling, waarbij de definitieve vulling aangebracht wordt.

    Na de wortelkanaalbehandeling

    Als het wortelkanaal schoongemaakt en gevuld is, moet de tand zelf nog gevuld worden. Wanneer nog voldoende tandmateriaal aanwezig is, kan de gemaakte opening met een normale witte vulling dichgemaakt worden. Als uw tand te veel verzwakt is, zal uw eigen tandarts deze voorzien van een kroon.

    Napijn

    Na de behandeling kunt u nog een paar dagen last hebben van napijn. Dit is afhankelijk van de ernst van de ontsteking. Als de ontsteking tot in het kaakbot zat, is de kans op napijn groter dan bij een ontsteking van alleen de wortelpunt. U kunt een pijnstiller nemen tegen de pijn. Antibiotica is meestal niet nodig. Krijgt u erge napijn waarbij uw kaak dik wordt? Volg dan de instructie op zoals vermeld in de informatiebrief, die u na de behandeling krijgt.

    De Genezing

    Meestal heeft een wortelkanaalbehandeling het gewenste resultaat, maar soms lukt het niet om de ontsteking helemaal weg te krijgen. Wanneer de ontsteking in het kaakbot te uitgebreid is, kan het noodzakelijk zijn om deze operatief te verwijderen. Dit wordt aansluitend op de wortelkanaalbehandeling uitgevoerd.

    Een herbehandeling

    Het is mogelijk dat er in uw tand al eerder een wortelkanaalbehandeling is uitgevoerd. Wanneer dit niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd, kan in sommige gevallen de behandeling opnieuw worden uitgevoerd.